Home » Blog » Het bezoek van Maria Louise van Hessen-Kassel

Het bezoek van Maria Louise van Hessen-Kassel

Maria Louise van Hessen-Kassel, Marijke Meu, Marijke Muoi
Maria Louise van Hessen-Kassel (collectie RKD)

In het weekend van 12/13 oktober 1748 bracht Maria Louise van Hessen-Kassel een bezoek aan het Janskerkhof in Utrecht. Zij bracht de nacht door bij haar vriendin Henriette van Nassau-Zuylenstein, Gravin van Athlone.

Maria Louise van Hessen-Kassel was de moeder van stadhouder Willem IV. Zij is beter bekend onder haar liefkozende bijnaam Marijke Muoi of Marijke Meu (muoi is het Friese woord voor tante).

Een krantenartikel uit oktober 1748 meldt dat Maria Louise van Hessen-Kassellogeerde bij de Gravin van Athlone op het Janskerkhof. Waar woonde Henriette van Nassau-Zuylenstein, gravin van Athlone? In welk huis logeerde Marijke Muoi, “de jonge weduwe die uitgroeit tot de lieveling van het volk, tot stammoeder van ons koningshuis, zelfs van Europa”?

Maria Louise van Hessen-Kassel

Maria Louise van Hessen-Kassel (1688-1765) trouwde in 1709 met Johan Willem Friso van Nassau-Dietz, prins van Oranje. Ze kregen twee kinderen. Maria Louise was zwanger van hun zoon Willem Karel Hendrik Friso (stadhouder Willem IV), toen haar echtgenoot bij Moerdijk verdronk.

Maria Louise van Hessen-Kassel was in haar leven tweemaal regentes. Van 1711 tot 1731 nam zij het stadhouderschap van Friesland, Groningen en Drenthe waar voor haar nog minderjarige zoon. Zij resideerde in Friesland en Groningen, en op Paleis Soestdijk. Na het overlijden van haar zoon Willem IV en schoondochter Anna van Hannover was zij van 1759 tot haar dood in 1765 regent voor haar kleinzoon, erfstadhouder Willem V.

Na haar eerste regentschap trok Maria Louise van Hessen Kassel zich terug op het Prinsessehof in Leeuwarden. Daar hield zij zich onder meer bezig met corresponderen, met haar zoon die veel in Den Haag verbleef, en met haar Utrechtse vriendin Henriette van Nassau-Zuylenstein (1688-1759). Henriette van Nassau Zuylenstein was weduwe van Frederik Christiaan, Baron van Reede van Amerongen, tweede Graaf van Athlone.

Kraamvisite in Den Haag

In november 1747 werd haar zoon erfstadhouder en vestigde hij zich permanent in Den Haag. Maria Louise van Hessen-Kassel bracht in september 1748 een bezoek aan Den Haag, in verband met de geboorte van haar kleinzoon, de latere stadhouder Willem V, in maart van dat jaar.

De doop van haar kleinzoon, op 11 april 1748, had Maria Louise van Hessen-Kassel niet bijgewoond. Ondanks haar voornemen om “in persoon herwaerds [te] komen, om den jongen Prins over de doopvonte te houden” (’s Gravenhaegse courant, 13-03-1748, Delpher), was zij niet naar Den Haag gekomen. Noch in het krantenverslag van de doopplechtigheid (’s Gravenhaegse courant, 12-04-1748, Delpher), noch in het doopboek wordt zij genoemd.

Maria Louise van Hessen-Kassel arriveerde op 17 september op Huis ten Bosch in Den Haag (’s Gravenhaegse courant, 18-09-1748, Delpher), waar zij bijna een maand heeft verbleven.

Maria Louise van Hessen-Kassel’s bezoek aan het Janskerkhof

Op haar terugreis, in het weekend van 12/13 oktober 1748, hield Maria Louise van Hessen-Kassel een tussenstop in Utrecht. Maria Louise van Hessen-Kassel was in gezelschap van De Gravin van Athlone en Freule du Tour naar Utrecht gereisd.

De reis naar Utrecht, op 12 oktober 1748, was per koets (tot Alphen aan den Rijn) en vervolgens per jacht afgelegd. Maria Louise van Hessen-Kassel was ’s ochtends uit Den Haag vertrokken, “terwyl zig nog de tranen op haere wangen vertoonden over het scheyden van haere Vorstelyke Kinderen“. ’s Avonds was zij “in gewensten toestand” in Utrecht gearriveerd (’s Gravenhaegse courant, 14-10-1748, Delpher).

Logeren bij Henriette van Nassau-Zuylenstein

Maria Louise van Hessen-Kassel bracht de nacht door ten huize van Henriette van Nassau-Zuylenstein op het Janskerkhof. De volgende morgen, zondag 13 oktober 1748, woonden zij samen een dienst onder leiding van dominee Matthias Daniel Römer in de Janskerk bij (’s Gravenhaegse courant, 16-10-1748, Delpher).

Of Freule du Tour ook bij Henriette van Nassau-Zuylenstein logeerde is niet duidelijk.

Vertrek

Na de kerkdienst gingen Maria Louise en Henriette van Nassau-Zuylenstein terug naar huis, om afscheid te nemen. Maria Louise van Hessen-Kassel vertrok na een half uur. Zij reed via de Boothstraat en de Voorstraat naar de Wittevrouwenpoort. Van daar is zij, uitgewuifd door de burgemeesters van de stad, naar Soestdijk gereisd.

“Haere Doorl. Hoogheyd, Mevrouwe de Princesse Douariére van Oranje en Nassau, eergisteren avond hier gereverteerd zynde en ten huyze van de Gravinne van Athlone overnagt hebbende, bevond zig gisteren morgen in de St. Janskerk onder het gehoor van Dnus. Matthias Daniel Römer, en wierd by ’t uyttreeden van de Kerk door de 2 regeerende Burgermeesteren in hunne plegtgewaden gecomplimenteerd, terwyl de Wagt met slaende trom en vliegend Vendel aen de Kerkdeur onder de wapenen stond.

Haere Hoogheyd vervolgens naer haer Logement gekeerd zynde, vertoefde nog maer 1 halfuur, en vertrok ten half twaelf uuren, geescorteerd door een Detachement Cavallery van’t Regiment van Cannenburg, naer Soestdyk, passeerende over het St. Jans-Kerkhof door de Boterstraet, Voorstraet en Witte- Vrouwenstraet, langs welke route het Regiment Zwitzere van Planta in 2 ryën geschaerd, voor die Vorstinne paradeerden. Buyten de Witte-Vrouwen-poort, wierd Haere Hoogheyd door gemelde Heeren Burgermeesteren nogmaels begroet en een goede reyze gewenst, welke pligtpleegingen door Hoogstgedagte Princesse met veel minzaamheyd beantwoord zynde, vervolgde zy verder haeren weg.”

Logeeradres Maria Louise van Hessen-Kassel

Henriette van Nassau-Zuylestein
Henriette van Nassau-Zuylestein

Maria Louise van Hessen-Kassel logeerde tijdens dit bliksembezoek aan Utrecht bij haar vriendin Henriette van Nassau-Zuylestein op het Janskerkhof. Maar waar woonde de Gravin van Athlone? In de transportakten van de huizen aan het Janskerkhof komt zij niet voor.

Archief Henriette van Nassau-Zuylenstein

Gelukkig was Henriette van Nassau-Zuylestein een bewaarderig type. Het Utrechts Archief bezit een grote hoeveelheid correspondentie (waaronder brieven van Maria Louise van Hessen-Kassel), kwitanties en andere stukken, gericht aan Henriette van Nassau-Zuylestein. Zo is, hoewel Henriette van Nassau-Zuylestein geen eigenaresse van een huis op het Janskerkhof was, toch het logeeradres van Maria Louise van Hessen-Kassel boven water gekomen.

In het archief van het Huis Amerongen zit een omslag met daarin akten van verhuur door diverse personen aan Frederik Christiaan van Reede, later aan Henriette van Nassau-Zuylestein, van door hen bewoonde huizen in de stad Utrecht en in Wijk bij Duurstede, met kwitanties wegens de betaling van de huur, over de periode 1715-1757.

Huurhuizen in Utrecht

Uit deze akten en kwitanties kan worden afgeleid dat Henriette van Nassau-Zuylestein en Frederik Christiaan Baron van Reede van Amerongen na hun huwelijk, in 1715, op claustraal erf III zijn gaan wonen.

In 1718 werd Frederik Christiaan van Reede van Amerongen benoemd tot gouverneur van Sluis. Daar is hij in 1719 overleden.

Van 1721 tot 1742 woonde Henriette van Nassau-Zuylestein op kasteel Amerongen. In 1742 verhuisde Henriette van Nassau-Zuylestein weer naar Utrecht.

In oktober 1742 tekende zij een huurcontract voor Boothstraat 12. Het jaar daarop verhuisde ze naar Achter de Dom.

Het woonhuis van Henriette van Nassau-Zuylenstein in 1748

Ten tijde van het bezoek van Maria Louise van Hessen-Kassel aan het Janskerkhof huurde Henriette van Nassau-Zuylenstein (de voorganger van) het huis Lange Jansstraat 27bis (oud), schuin tegenover de Janskerk.

Janskerkhof 27bis was toentertijd eigendom van Coenraad Pieck, oud-burgemeester van Nijmegen. Coenraad Pieck had het huis enkele maanden eerder geërfd van Elisabeth Heycop (1658-1748), met wie Henriette van Nassau-Zuylestein het huurcontract had gesloten.

Het logeeradres van Maria Louise van Hessen-Kassel bestaat niet meer. Het huis, dat rechts naast Janskerkhof 1 stond, werd in 1885 vervangen door een nieuw huis. In het begin van de jaren zeventig van de vorige eeuw is, in verband met de verbreding van de Lange Jansstraat, ook dit nieuwe huis afgebroken. Tegenwoordig bevindt zich op deze locatie de ingang van een appartementencomplex.

Het jaar 1748

Het bezoek van Maria Louise van Hessen-Kassel had plaats in een roerige periode. Het jaar 1748 stond in het teken van politieke rellen, gericht tegen het toenmalige pachtsysteem. Vlak na de geboorte van haar kleinzoon Willem V braken, verspreid over het land, ongeregeldheden uit. In juni 1748 brak in Amsterdam de Pachtersoproer los, waarbij doden en gewonden vielen. Ook in Utrecht waren rellen. Stadhouder Willem IV leek aanvankelijk op de hand van het volk. In juni 1748 besloot Willem IV de pachten voor een half jaar af te schaffen totdat er een alternatief was.

Na de afschaffing van de pachten ontstond in Amsterdam een volksbeweging die hervormingen wilde. Daarvoor was de komst van Willem IV nodig. Na lang dralen reisde Willem IV op 2 september naar Amsterdam. Volgens Bart Mol (Oproer en revolutie te Amsterdam in 1748, p. 31) wilde Willem echter zo snel mogelijk weer terug naar huis, naar zijn vrouw en zijn pasgeboren zoon. Ik betwijfel of dat de reden was. Ik denk dat de werkelijke reden de geplande logeerpartij van zijn moeder Maria Louise van Hessen-Kassel was. Willem IV vertrok op 15 september naar Den Haag en was net op tijd thuis om zijn moeder te kunnen ontvangen (’s Gravenhaegse courant, 18-09-1748, Delpher).

Nieuw pachtsysteem

Het gewraakte pachtsysteem werd vervangen door een systeem waarbij belastingen werden geïnd door stedelijke ambtenaren. De hierboven geciteerde ’s Gravenhaegse Courant van 16 oktober 1748 verwijst daarnaar. Na slechts een dubbele spatie vervolgt de krant met het bericht:

“De Heeren Commissarissen van den Heere Prince Erf-Stadhouder uyt den Haeg alhier gereverteerd, hebben aen Haar Ed. Mog. de Heeren Staeten deezer Provincie verslag gedaen van ’t Plan, door hen uyt hoofde hunner Commissie aen Syn Doorl. Hoogheyd voorgesteld nopens de schikkingen, die vereyscht worden door de afgeschafte Pachten door een ander bequaem Middel te remplaceeren.”

Op 15 oktober 1748 stelden de Staten van Utrecht de Ordonnantie van een personeele taxatie of hoofdgeld, tot remplacement van de afgeschafte middelen van verpagtinge vast.

Het moet toeval zijn dat het bericht over de logeerpartij van de moeder van stadhouder Willem IV op de hoek van het Janskerkhof direct wordt gevolgd door een verslag van een bezoek van de commissie die zich bezighield met de herziening van het belastingstelsel aan de Statenkamer (drie deuren verder, op Janskerkhof 3). De krantenberichten bevatten geen aanwijzingen dat de commissieleden in het gevolg van Maria Louise van Hessen-Kassel waren meegereisd.

Het zal aan de vormgeving van de achttiende-eeuwse krant liggen of wellicht aan een zetfout van de drukker, dat het bericht over het pachtsysteem niet op een nieuwe regel begint, maar slechts door een dubbele spatie van het bericht over het bezoek van Marijke Muoi wordt gescheiden.

Conclusie

Ondanks de politieke kwestie in 1748, zal er geen diepere reden hebben gelegen achter het bezoek van de Princesse Douariére van Oranje en Nassau aan het Janskerkhof in Utrecht. Maria Louise van Hessen Kassel en Henriette van Nassau-Zuylenstein waren vriendinnen. Het bezoek aan het Janskerkhof was voor haar een logische en prettige tussenstop tijdens de lange tocht van Den Haag naar paleis Soestdijk, op thuisreis van haar kraambezoek aan kleinzoon Willem V.

Bronnen

  • Fred Jagtenberg, Marijke Meu (1688-1765). Stammoeder van ons vorstenhuis, 2015.
  • Geert Mak, Een kleine geschiedenis van Amsterdam, 2012/2015.
  • B.M.A. (Bart) Mol, Oproer en revolutie te Amsterdam in 1748. Het Pachtersoproer en de Doelistenbeweging, Universiteit Utrecht, 23 juni 2010, Bachelor thesis (Utrecht University Repository).
  • Nederlands wonder-toneel, geopend in de jaren 1747 en 1748, Leiden 1749, deel 2 (Google Books).
  • Nederlandsche jaerboeken, inhoudende een verhael van de merkwaerdigste geschiedenissen…, 1748, p. 1001-1012 (Google Books).
  • ’s Gravenhaegse courant, 13-03-1748 (Delpher).
  • ’s Gravenhaegse courant, 12-04-1748 (Delpher).
  • ’s Gravenhaegse courant, 18-09-1748 (Delpher).
  • ’s Gravenhaegse courant, 14-10-1748 (Delpher).
  • ’s Gravenhaegse courant, 16-10-1748 (Delpher).
  • Archief Huis Amerongen, HUA.
  • Website Maria Louise Jaar 2015 (citaat inleiding).

Dit artikel bevat affiliate links.

Gepubliceerd: 30-06-2015 door Caroline Pelser. Laatst geactualiseerd op 24-01-2023.

Scroll naar boven