Jansveld 5 Utrecht

Jansveld 5 Utrecht
Jansveld 5 Utrecht (collectie Het Utrechts Archief)

Jansveld 5 Utrecht (tot 1890: wijk G no. 201) is tegenwoordig het eerste huis aan de oostkant van het Jansveld. De huizen met nummers 1 en 3 werden in 1903 gesloopt.

In 1586 wordt Peter Janss als belending van Jansveld 7 genoemd.

Jan Janss Engelsman

In juli 1608 vestigden Jan Janss Engelsman en Annichgen Gerritsdr een plecht op een huijsinge en hofstede ten behoeve van Anna van der Houve, getrouwd met Cornelis Jansz van Wael. De belendingen waren zuidwaarts de weduwe van Cornelis van Muijden en noordwaarts Harmen Christiaensz.

In maart 1612 transporteerden Hendrick Gerrits Tijnagel en Nelligen Jan Peter van Wierdoms dochter een camer aan Annigchen Gerritsdochter, weduwe van Jan Janss Engelsman. De camer had dezelfde belendingen als het huis.

Heijltgen Jans

Annichgen Gerritsdr, weduwe van Jan Jans Engelsman, transporteerde de camer vervolgens aan Heijltgen Jans, weduwe van Jan Wesselsz.

Heijltien Jans trouwde in 1613 met Jan Jorissoon.

Aert Hendricksz van Rijswijck

Hun dochter Trijntjen Jans van Sutphen trouwde in 1637 met Aert Henricksen van Rijswijck, weduwnaar van Claertjen Hermans van Doren (-1636). Hij woonde toen achter de Catharijnepoort; zij achter het Vleeshuis.

In 1640 lieten zij hun dochter Claertgen dopen, wonende achter het Vleeshuis. In 1644 lieten zij hun dochter Heijltgen dopen, wonende achter het Vleeshuis.

In 1658 wordt Aert Hendricksz als belending van Jansveld 7 genoemd. 

Trijntjen Jans van Zutphen overleed in 1662, wonende achter ’t vleeshuijs. Aert van Rijswijck overleed in 1667.

Claertgen Aerts van Ryswyck

In april 1669 gaven Claertgen en Heijltgen procuratie om voor het gerecht van Utrecht het huis Achter ’t Vleeshuis tegenover de St. Margaretenhof op naam te zetten van Claartgen Aerts. De lastgeefsters waren kleindochters en mede erven van Heyltgen Jans, in leven weduwe van Jan Joriaenssen. Heyltgen Jans wordt in 1683 nog als eigenaresse genoemd in een transportakte inzake Jansveld 3.

In 1682 wordt Claertgen Aerts als belending van Jansveld 7 genoemd. Claertie van Rijswijck overleed op 3 januari 1684, wonende achter het vleeshuijs, nalatende een mondige zuster.

Lambert van Rossum en Heyltgen Aerts van Rijswijck

In 1691 en 1697 wordt Lambert van Rossum als belending genoemd. Lambert van Rossum was in mei 1669 getrouwd met Heeijltie Aerts van Rijswijck. Zij kregen drie dochters, Catharina, Maria en Hendrina. Zij woonden aan de Oudegracht tussen de Viebrug en de Jacobibrug (testament).

Catharina van Rossum trouwde in 1693 met Thomas van Isselvelt.

Maria van Rossum (1673 of 16741723) trouwde in 1700, onder huwelijkse voorwaarden, met Justus van den Bosch (-1710). In 1716 kocht zij zich uit de boedel. Hun dochter Hendrina van den Bosch (17041786) trouwde in 1724, onder huwelijkse voorwaarden, met Thomas Pauw (-1747). In 1725 maakten zij een testament.

Lambert van Rossum overleed in 1726, wonend aan de Oudegracht omtrent de Viebrug.

Erven Van Rossum

Het huis werd geërfd door de (klein)kinderen. Het huis bleef tot 1764 in een gemene boedel.

In 1762 werd het buurhuis, Jansveld 7, verkocht. Als belending werd genoemd juffrouw Bosch, weduwe Pauw.

Jan Commenseel

In 1764 verkochten Lambert van den Bosch (1703-), Hendrina van den Bosch, weduwe van Thomas Pauw, en Pieter van Bosvelt, echtgenoot van Maria Johanna Pauw (1725-), enige nagelaten dochter van Thomas Pauw, het huis aan Jan Commenseel, met een schuldbekentenis.

In 1765 wordt Hendrina van den Bosch, weduwe van Thomas Pauw, nog als belending genoemd.

Gerrit Onstenk

In 1766 verkocht Jan Commesaal, weduwnaar van Maria van Marwijk, het huis aan Gerrit Onstenk. Het huis stond volgens de akte aan de oostzijde Agter ’t Vleeshuys, als derde huis vanaf de St. Jansstraat, met als belendingen zuidwaarts Margaretha van Muyden en noordwaarts Herman Christiaanse.

Gerrit Onstenk was in 1765 getrouwd met Petronella Ras (-1801).

In 1770 wordt H. van den Bosch, weduwe Pauw, nog als belending genoemd.

Hendrik Bouwman

In 1773 vestigde Hendrik Bouwman een plecht op het huis.

In 1776 wordt Hendrik Bouwman als belending genoemd.

In 1788 wordt Bouwman nog als belending van het voormalige buurhuis Jansveld 3 genoemd. Ook in 1794 wordt Hendrik Bouwman nog als belending genoemd.

Jan Teelen

In 1783 transporteerde Hendrik Bouwman het huis aan Jan Teelen. Jan Teelen was 1771 getrouwd met Engeltje Sevenhuijsen. Vermoedelijk verhuurde hij het huis.

Hun dochter Christina Wilhelmina Teelen (1773-1831) trouwde in 1796, onder huwelijkse voorwaarden, met Reijer Speelman.

Engeltje Zevenhuijzen, huisvrouw van Johannes Telen, overleed in 1803, wonende in de Lange Nieuwstraat. In 1804 hertrouwde Jan Teelen met Johanna Meijer.

Jacobus van Ankum / Pieter van der Pijl

Tijdens de volkstelling van 1813 werden een echtpaar en een gezin op dit adres geregistreerd: Jacobus van Ankum en zijn echtgenote Maria Langerak en Pieter van der Pijl, zijn echtgenote Cunera Monteban en hun dochter Elisabeth.

Johannes Teelen overleed in 1822.

Reijer Speelman

Het huis werd geërfd door zijn dochter Christina Wilhelmina Teelen en schoonzoon Reijer Speelman. In 1826 worden de erven Jan Teelen als belending genoemd. Ook zij verhuurden het huis. Christina Wilhelmina Teelen overleed in 1831 aan het Pieterskerkhof. Reijer Speelman, weduwnaar van Christina Wilhelmina Teelen, overleed in 1840 aan het Oudkerkhof.

OAT 1832

In de OAT 1832 staat winkelier Reijer Speelman als eigenaar van perceel A616 (huis en erf) vermeld.

Cornelis van Zijl / Gerardus Egbertus Terlingen

Tijdens de volkstelling van 1824 werd het huis bewoond door Cornelis van Zijl en Christina van Hengstum (-1832) met twee kinderen. Ook werden tijdens de volkstelling van 1824 Gerardus Egbertus Terlingen (-1880), zijn echtgenote Geertruida Johanna Teunissen (-1849) en hun dochter geregistreerd. Terlingen en Teunissen waren in 1821 getrouwd (BS Utrecht 1821 H, aktenr. 120).

Tijdens de volkstelling van 1830 woonden Cornelis van Zijl, Christina van Hengstum en hun dochters Wilhelmina en Catharina op Achter ’t Vleeschhuis 201.

Christina van Hengstum overleed op 13 december 1832 op Achter ’t Vleeshuis G 205 (schrijffout?; BS Utrecht 1832 O, aktenr. 1603).

Hermanus van Eijdenberg

Tijdens de volkstelling van 1840 werden blikslager Hermanus van IJdelenberg [Eijdenberg] (-1879), zijn echtgenote Dina van Lent en de vijf-jarige Hermanus Mulder op G 201 geregistreerd (blad 109). Zij waren in 1834 getrouwd.

Willem Jansen

Bij de start van het bevolkingsregister woonde timmerman Willem Jansen met zijn gezin op G 201. Het gezin verhuisde in 1852 (Bevolking 1850-1859; deel 7524, wijk G, blad 289).

Hendrik van Leer

In 1875 diende Hendrik van Leer, wonende op Nobelstraat no. 404 (=19), een plan bij de gemeente Utrecht in voor het vernieuwen van de voorgevel van zijn huis op Jansveld 5 en het leggen van een privaatput op stadsgrond (HUA, bouwdossier 4270-26-1104). Hendrik van Leer (1829-1895) was in 1857 getrouwd met Maria van Gemert (1831-1895).

Jansveld 5-5bis Utrecht

Bij de omnummering van 1890 werd het adres Jansveld wijk G no. 201 gewijzigd in Jansveld 5 en 5bis.

In de twintigste eeuw werd het huis verbouwd (HUA, bouwdossier 9320).

Huidige bestemming Jansveld 5 Utrecht

Jansveld 5 Utrecht heeft een woonfunctie.


Vorige huis: Jansveld 3 Utrecht.
Volgende huis: Jansveld 7 Utrecht.


Gepubliceerd: 22-11-2017 door Caroline Pelser. Laatst geactualiseerd op 18-09-2024.

Scroll naar boven