Jansveld 23 Utrecht (tot 1890: Jansveld wijk H no. 582), “Het Tsjechische Huis”, is het geboortehuis van de Utrechtse architect P.J. Houtzagers. Het huis werd Cleyn Rodenburg, later het Huyrpeerd genoemd.
Jan Hendrickss
In 1552 transporteerde Aert Aerts van Steen, getrouwd met Marie, de helft van Cleyn Rodenburg aan Jan Hendrickss. In 1553 en 1557 kreeg Jan Hendrickss de andere delen getransporteerd. De belending zuidwaarts was Claes Jacobss, de belending noordwaarts was Beatris, weduwe van Jasper Michielss. In 1566 vestigde Jan Heijnrics, weduwnaar van Adriana, een plecht op het huis Cleijne Rodenburgh ten behoeve van zijn kinderen.
In 1574 wordt Hendrik Jansz in ’t Swerte Vercken als belending genoemd.
Jan Wijnantss
In 1580 transporteerden Heijnrick Jansz en Beertgen Cornelis Comansdr het huis aan Jan Wijnantss en Anna. De belending aan de ene kant is Rodenburgh, aan de andere kant Jan Willemss Lobe. Volgens de akte werd het huis al bewoond door Jan Wijnantss. Jan Wijnantss vestigde een plecht van f 200,- op de huijzinge en hofsteede ten behoeve van Heijnrick Jansz.
In 1590 en 1592 wordt Jan Wijnantss als belending genoemd.
(…)
Van Borculo
Bij de boedelscheiding van 1630 werd het huis toegescheiden aan Trijntgen Jans van Borculo. Zij was nog minderjarig; haar ouders Jan Cornelis van Borculo (-1624) en Aeltgen van Eck (-1629) waren in 1618 getrouwd.
Dirck Christiaensz van Royen
In november 1641 werd het huis door de voogden van Trijntgen Jans van Borculo uit de boedel van haar overleden ouders Jan Cornelis van Borculo en Aeltgen van Eck getransporteerd aan Dirck Christiaenss en Geertgen Jans. Dirck Christiaenssoon en Geertgen Jan Henricxzoondochter waren op 21 juni 1628 getrouwd. Zij woonden al in het huis.
In 1651 wordt Dirck Christiaensz van Royen als belending genoemd.
In 1663 maakte Dirck Christiaensz, wonende in Utrecht, Achter het Vleischuys, tegensover de Slachsteech, een testament en lijftocht. Ook Geertje Jans Rooth maakte een testament.
In 1664 benoemde Engeltje Coenraadt van Royen Geertje Jans Rooth bij testament tot erfgenaam. In 1671 wordt de weduwe van Dirck Christiaensz [van Royen] als belending genoemd. Geertje Jans Root werd in maart 1684 begraven. Enkele erfgenamen deden afstand van de nalatenschap.
In mei 1684 werd procuratie gegeven tot het openbaar verkopen van goederen, waaronder een huis, door de erfhuismeester. Er werd een garantie verleend inzake aanspraken van absente erfgenamen van Dirck Christiaanss van Royen in verband met de verkoop van het huis. Er werd een akkoord bereikt in een geschil over de vordering op de boedel van Dirck Christiaanss van Royen en Geertruyt Jans Rooth tussen de erven Engeltje Coenraads van Royen en de kinderen van Harman Christiaanss van Royen.
Van Vollenhoven
In 1686 werd het huis “Het huyspeerd” (huyrpeerd??) uit de boedel van Dirck Christiaens van Royen getransporteerd aan de broers Christiaen en Thijman van Vollenhoven (-1708). Ook kwam een deel uit de boedel van Engeltje Coenraads [van Royen].
Philippus Schilt
In januari 1687 verkochten de broers Tyman en Christiaen van Vollenhoven het huis voorheen ’t Huerpeerdt aan Philippus Schilt, coopman in spyckers. De belendingen waren achter de heer van Incourt c.s., zuidwaarts Rodenburch en noordwaarts Peter Hendricksen Beulingh.
Philippus Schilt (-1726) trouwde in mei 1687 met Margaretha Houdi (toestemming).
Pons Aelbertsz van Eysendyck en Geertruyt van der Does
In mei 1689 verhuurde Philippus Schilt het huis aan Pons Aelbertsz van Eysendyck en Geertruyt van der Does.
Op verzoek van Philippus Schilt ging de notaris in augustus 1689 langs bij Tyman van Vollenhoven om de resterende kooppenningen te betalen.
Gerrit van Beest
In 1692 wordt Gerard van Beest als belending genoemd. Gerrit van Beest (-1714) was in 1667 getrouwd met Neeltje Duijfhuijs (-1718). Hun dochter Deliana van Beest (1671-) trouwde in 1696 met Jacobus van Weede. Dochter Antonia van Beest (1675-) trouwde in 1716 met Anthony van Westrenen. (Antonia van Beest hertrouwde in 1730 met Lodewijk Kraa.)
In 1718 worden de erven Gerrit van Beest als belending genoemd.
Gerrit van Keysersweert
In 1722 werd een kwart van het huis en stal getransporteerd uit de boedel van Gerrit van Beest en Cornelia Duyfhuys aan Gerrit Keysersweert en Annigje van Vronesteyn. Belendingen zijn Beumer en Van Wyck/Kraa.
In 1724 transporteerde Gerrit van Beest een kwart aan Anthony van Westrenen.
In 1731 kreeg Gerrit van Keysersweert 3/4 getransporteerd en werd hij volledig eigenaar van het huis.
In 1752 gaf Gerrit Keyzersweert procuratie om een plecht op het huis te vestigen. De belendingen waren Willem Beumer aan de noordzijde (Jansveld 25) en Antonia van Wijk aan de zuidzijde (Jansveld 21). In 1718 huurde hij huis aan oz Achter ’t Vleeshuis. In 1728 kocht hij stalling achter het Witte Cruys. In 1744 komt hij voor in een codicil van Odilia van Vollenhoven.
In 1762 wordt Gerrit Keyzersweert als belending genoemd van Jansveld 21.
Johannes van Keysersweert
In 1770 vestigde hun zoon Johannes Keyzersweert (1725-) een plecht op het huis en stalling ten behoeve van Willem van Vianen. De belendingen zijn Beumer en Kraa. Jan van Keijsersweert was in 1747, onder huwelijkse voorwaarden, getrouwd (civ.) met Geertruyd van Catz.
Jacobus Verkerk
In 1776 verkochten en transporteerden de erven Johannes van Keyzersweert en Geertruyd van Catz het huis en stalling zijnde een slagterswoning aan Jacobus Verkerk. De belendingen waren de erven weduwe Beumer en Gerrit Sikkel (Jansveld 21).
Jacobus Verkerk trouwde in 1777 met Anna van Keyserweert (1748-). Volgens het trouwboek woonden beiden Achter ’t Vleeshuis.
In 1781 vestigde Jacobus Verkerk een tweede plecht ten behoeve van Willem van Vianen.
In 1787 liet Jacobus Verkerk zijn zoon Johannes begraven, wonende Achter ’t Vleeshuis.
Tijdens de volkstelling van 1813 woonden Jacobus Verkerk, Anna van Keyzersweerd en hun zoon Jan Verkerk op Achter ’t Vleeshuis nr. 26, tussen Gerrit Willem Houtzager (Jansveld 21) en Johannes Eijtinger senior (Jansveld 25).
Jacobus Verkerk, gehuwd met Anna van Keyzersweerd, overleed op 1 mei 1819, ten huize van zijn zoon Jan Verkerk op Achter ’t Vleeshuis H 582 (BS Utrecht 1819 O, aktenr. 411). Anna van Keyzersweerd overleed op 30 augustus 1820 ten huize van haar zoon Jan Verkerk op H 582 (BS Utrecht 1820 O, aktenr. 608).
Gerrit Willem Houtzagers
Tijdens de volkstelling van 1824 werd het huis bewoond door Gerrit Willem Houtzagers (1786-1833), zijn echtgenote Pieternella Johanna van den Hoofakker (1793-1881) en zeven kinderen in de leeftijd van 2 tot 15 jaar.
Gerrit Willem Houtzagers was een zoon van Hendrik Houtzagers en Sara Sikkel (Jansveld 15). Hij was in 1807 getrouwd met Cornelia Gerarda Sikkel (1785-1812), dochter van Arnoldus Sikkel en Elizabeth Johanna Maas. Hij woonde toen op Jansveld 21. In 1814 was hij hertrouwd met Pieternella Johanna van den Hoofakker en naar Jansveld 23 verhuisd. Haar ouders, die eerder op de Neude woonden, woonden nu op Jansveld 21.
Tijdens de volkstelling van 1830 woonde het echtpaar Houtzagers hier met elf kinderen en een dienstmeid, Clasina Margaretha Valentijn.
OAT 1832
In de OAT 1832 staat het perceel A 592 (huis en erf) op naam van Gerrit Willem Houtzagers.
Gerrit Willem Houtzagers overleed op 8 september 1833, wonende op H 582 (BS Utrecht 1833 O, aktenr. 1042).
Tijdens de volkstelling van 1840 woonde Pieternella Johanna van den Hoofakker, weduwe van Gerrit Willem Houtzagers, hier met tien kinderen en een dienstmeid. Twee waren vleeshouwers, een was theologisch student.
Dirk Houtzagers
In het Bevolkingsregister 1850-1859; deel 7527, wijk H, blad 829, staat Dirk Houtzagers als eerste naam genoemd. Zijn zuster Ida Jacoba Houtzagers, die als tweede wordt genoemd, trouwde in 1860 en verhuisde naar IJsselstein.
Dirk Houtzagers (1821-1876) was in 1846 getrouwd met Jacoba Catharina Campagne (BS Utrecht 1846 H, aktenr. 110). Na haar overlijden was hij hertrouwd met haar zuster Catrina Margreta (BS Utrecht 1851 H, aktenr. 82). Beiden worden niet in het bevolkingsregister genoemd.
In 1857 hertrouwde Dirk Houtzagers met Anna Geertruijda Ludwig (1818-1901; BS Utrecht 1857 H, aktenr. 57).
Dirk Houtzagers en Anna Geertruijda Ludwig waren de ouders van de Utrechtse architect Petrus Johannes Houtzagers (1857-1944). Jansveld 23 is zijn geboortehuis (BS Utrecht 1857 G, aktenr. 584).
Dirk Houtzagers overleed op 30 april 1876, wonend op Jansveld H 582 (BS Utrecht 1876 O, aktenr. 678).
In januari 1882 verhuisde Anna Geertruida Ludwig, met haar zoons Petrus Johannes Houtzagers en Jacob Dirk Houtzagers, naar Bagijnenkade H 324a (Begijnekade 11; Bevolking 1880-1890 wijk H deel 2, blad 1042).
Antonie Willem Molsbergen
Vanaf februari 1882 werd het huis bewoond door vleeshouwer Anthonie Willem Molsbergen (1846-1911) en zijn gezin (Bevolking 1880-1890 wijk H deel 2, blad 1042).
Molsbergen was in 1872 getrouwd met Wilhelmina van Wijngaarden (1846-1887; BS Woerden 1872 H, aktenr. 26).
Bij de omnummering van 1890 werd het adres Jansveld H 582 gewijzigd in Jansveld 23 Utrecht.
Anthonie Willem Molsbergen verhuisde in 1903 naar de Havikstraat (Bevolking 1900-1910 wijk 1, deel 6-7, blad 1491).
A.A.F. van Stuivenberg
In 1903 werd door de weduwe A.A.F. van Stuivenberg een bouwplan bij de gemeente ingediend ter aanbouw van een keuken achter het pand Jansveld 23 (HUA, bouwdossier 4270-87-303). In 1904 diende zij een bouwplan in voor het gedeeltelijk vernieuwen van het gebouw (HUA, bouwdossier 4270-91-297). De ondergevel werd gewijzigd omdat de voorkamer werd verbouwd tot pakhuis en kantoor.
Johannes Bernardus Stokker
In oktober 1904 kwam Johannes Bernardus Stokker (1864-1938) met zijn echtgenote Hendrina Christina Laurentsen (1870-1920) en hun vijf kinderen op Jansveld 23 wonen (Bevolking 1900-1910 wijk 1, deel 6-7, blad 1491).
Solo margarine
Johannes Bernardus Stokker was winkelier in Solo margarine. Volgens het Telefoonboek 1915 was op Jansveld 23 een filiaal van Jurgens’ Margarinefabriek gevestigd.
Huidige bestemming Jansveld 23 Utrecht
Het huis heet tegenwoordig “Het Tsjechische Huis”. Het huis heeft een werk- en woonbestemming.
Gepubliceerd: 06-08-2016 door Caroline Pelser. Laatst geactualiseerd op 18-09-2024.