Lange Jansstraat 26 en Lange Jansstraat 28 Utrecht zijn in 1896/97 gebouwd als onderdeel van het winkelwoonpand waartoe ook Janskerkhof 25 behoort. Het woonwinkelpand is gebouwd naar een ontwerp van de Utrechtse architect M.E. Kuiler.
Tot in de tweede helft van de achttiende eeuw stond aan de Lange Jansstraat, achter het voormalige huis Janskerkhof 25, het huis De Gouden Huijff.
Gemeentelijke monumenten
Lange Jansstraat 26/26BS en Lange Jansstraat 28/28BS Utrecht zijn gemeentelijke monumenten (monumentnrs. 3440990 en 3440991).
De Gouden Huijff
De (oude) adressen van de percelen Lange Jansstraat 26 en 28 komen niet voor op de omnummerlijst van 1890; de percelen behoorden toen tot het perceel Janskerkhof 25. Tot in 1771 heeft op het perceel achter Janskerkhof 25, aan de Lange Jansstraat, echter een zelfstandig huis gestaan, genaamd De Gouden Huijff.
Van Beeflant
Het perceel was oorspronkelijk gekoppeld met dat van Janskerkhof 25. Het was in de zestiende eeuw eigendom van de familie Van Beeflant.
Berent van Loenresloot en Nicolaa van Meurs
Adriaen van Beeflant, kanunnik van St. Jan, transporteerde het perceel (“alinge huijsinge ende hofstede met conditien”) in 1555 aan Beernt van Loenresloot.
Vijftig jaar later was sprake van twee huizen. In 1604 vestigde Nicolaa van Meurs, weduwe van Berent van Loenresloot, een plecht op Janskerkhof 25 en een huis in de Lange Jansstraat.
Melchior Huls(t)man
In 1622 transporteerden de erfgenamen van Jonckheer Berent van Loenresloot en Jonckfrouw Nicolaa van Meurs “alinghe huijsinge, hoffsteede, in 2 wooningen” aan Melchior Hulstman. Het transport betrof Janskerkhof 25 en het buurhuis in de Lange Jansstraat.
Melchior Coenraat Hulsmanszoon (-1657) was in 1608 getrouwd met Aeltgen Steven Dystelmansdochter.
Hun dochter Maria Hulsman (-1651) trouwde op 10 februari 1632 met de kunstschilder Gijsbert d’Hondecoeter (1604-1653). Volgens de huwelijksinschrijving woonde Maria Hulsman in de St. Jansstraat. Ook in de trouwinschrijving van zoon Coenraedt (maart 1638) staat als adres de St. Jans-straet vermeld.
Aeltgen Distelmans overleed in oktober 1638.
In 1640 verkocht Melchior Hulstman, weduwnaar van Aeltgen Stevens, Janskerkhof 25 aan de zijdenlakenkoopman David Nieustadt (-1643). Volgens de transportakte was de belending westwaarts het huis van de comparant, waar de “Gouden Huijff” uithangt.
Willem Chapman
Melchior Hulstman verkocht het huis De Goude Huijf in de Lange Jansstraat in 1655 aan de handschoenmaker Willem Chapman. Melchior Hulstman verhuisde vermoedelijk rond die tijd naar Middelburg, waar zijn zoon Coenraad woonde.
Willem Chapman vestigde een plecht ten behoeve van Melchior Hulstman. In 1656 werd deze plecht getransporteerd aan Vincent van Domselaer.
In 1659 sloten Willem Chapman en Evert van Blanckesteijn, eigenaar van Lange Jansstraat 24, een akkoord over de muur tussen hun huizen.
Joachim Nieustadt
In 1661 (datum transportakte) kocht Joachim Nieustadt, de toenmalige eigenaar van Janskerkhof 25, ook het buurhuis in de Lange Jansstraat van Jannichjen Willems en Willem Chapman.
Willem van Asch
In 1684 vestigde Joachim Nieustadt een plecht op het huis aan het Janskerkhof en het huis “De Goude Huijf” ten behoeve van de winkelier Ludolph Renckink als onderpand voor een schuld (procuratieakte). Ludolph Renckink woonde volgens de akte op Janskerkhof 25 (zie ook insinuatie). Het huis in de Lange Jansstraat werd toentertijd bewoond door borstelmaker Willem van Asch.
Willem van Asch overleed op 7 mei 1686, wonende in de Lange Jansstraat, nalatende zijn vrouw en mondige kinderen.
Ludolph Renckink
In december 1686 verhuurde Ludolph Renkinck het huis in de Lange Jansstraat aan Willem van den Brinck.
Ludolph Renkink was in 1662 getrouwd met Adriaentje van Hees. Vermoedelijk zijn zij later zelf in het huis aan de Lange Jansstraat gaan wonen. Adriaentje van Hees, huisvrouw van Ludolph Renkinck, overleed in juli 1713, wonende in de Lange Jansstraat. Zij werd begraven in de Buurkerk. Ludolf Renkink overleed in september 1714, wonende in de Lange Jansstraat. Hij werd begraven in de Buurkerk.
Johan Renkink
Het huis in de Lange Jansstraat kwam bij de boedelscheiding van november 1715 in handen van zoon Johan Renkink (1664-). Johan Renkink was in 1698 getrouwd met Jacomina Bronsvelt, weduwe van Martinus Dierbout.
Jacomina Bronsvelt had uit haar eerste huwelijk een dochter, Agnes Dierbout (1691-1747; uitkoop). In 1714 was stiefvader Johan Renkink assistent bij het opstellen van de huwelijkse voorwaarden voor het huwelijk van Agnes Dierbout en Johan van Wijck (-1719), weduwnaar van Anna Renckink (1666–1705; tr. 1696). Het gezin woonde toen nog op de Nieuwegracht bij de Muntstraat. De overleden Anna Renkink was een zuster van Agnes’ stiefvader.
Het echtpaar Renkink-Bronsvelt woonde blijkens hun testamenten (70-1, 70-2) in 1734 in de Lange Jansstraat.
Jacomina Bronsvelt overleed in juni 1734, wonende in de Lange Jansstraat.
Hendrik van Someren
Ten tijde van de verkoop, in 1751, was het huis verhuurd aan Hendrik van Someren.
Hendrina Baars
De erven Johannes Rinkink verkochten het huis in 1751 aan Hendrina Baars, weduwe van Willem Kerkwijk (tr. 1723 / 1725; huw.voorw.). Hendrina Baars woonde blijkens de verkoopakte van 1754 in Benschop.
Johan Wolfgang Andreas Eberlijn
In 1754 kocht buurman Johann Wolfgang Andreas Eberlijn het huis van Hendrina Baars. Johannes Eberlijn, weduwnaar van Adriana Kanneman (tr. 1743; ovl. 1749), was in 1749, onder huwelijkse voorwaarden, getrouwd met Rebecca Moreau (1722-; tweede akte).
In oktober 1769 sloot Johannes Eberlijn een akkoord met zijn buurvrouw Anna Cornelia Both over een raam in een gemeenschappelijke muur en een pomp op zijn erf. Anna Cornelia Both was zowel eigenaresse van Janskerkhof 24, als van Lange Jansstraat 24,
Jan Willem Barchman Wuytiers
Johannes Wolfgang Andries Eberlijn en Rebecca Moreau verkochten de twee huizen naast elkaar aan het Janskerkhof en in de Lange Jansstraat in 1771 aan de kunstverzamelaar Jan Willem Barchman Wuytiers (1726-1791).
Samengevoegd met Janskerkhof 25
Jan Willem Barchman Wuytiers liet de twee huizen tot een huis verbouwen.
In december 1801 werd de nalatenschap van Jan Willem Barchman Wuytiers gescheiden. Het huis op het Janskerkhof op de hoek van de Lange Jansstraat bleef gemeen. Volgens de akte strekte het huis tot aan de erven van Daniel Cornelis de Leeuw (Janskerkhof 24) en Jan Booms (Lange Jansstraat 24).
Voor de verdere geschiedenis van het huis, zie de pagina over Janskerkhof 25.
Gepubliceerd: 08-12-2019 door Caroline Pelser. Laatst geactualiseerd op 15-04-2022.