Minrebroederstraat 6 Utrecht

Minrebroederstraat 6 Utrecht
Minrebroederstraat 6 Utrecht, 1974 (collectie Het Utrechts Archief)

Minrebroederstraat 6 (tot 1890: Minrebroederstraat wijk G no. 270), waar Live Today gevestigd is, staat op het terrein waar tot de reformatie de Minrebroederskerk stond.

M. Dolfin e.a. (p. 84) beschrijven Minrebroederstraat 6 Utrecht als “[e]en 18de-eeuws diep huis met een, door een gang met het voorhuis verbonden, losstaand achterhuis. Het voorhuis bestaat uit twee bouwlagen, een zadeldak met de nok loodrecht op de voorgevel, een kelder onder het huis en een kelder onder de straat. De voorgevel is een twee vensters brede lijstgevel met op de begane grond een laat 19de-eeuwse winkelpui. Het achterhuis telt drie bouwlagen gedekt door een zadeldak met de nok evenwijdig aan de voorgevel.”

Gemeentelijk monument

Minrebroederstraat 6 Utrecht is een gemeentelijk monument (3440993). De toelichting luidt als volgt:

“Gaaf 18e eeuws huis bestaande uit een voorhuis met twee bouwlagen, een kelder en een kap met de nok loodrecht op de straat, en een achterhuis met drie bouwlagen en een kap met de nok evenwijdig aan de straat. De voorgevel is een geschilderde lijstgevel, twee ramen breed. De ramen met een brede middenstijl zijn 19e eeuws, evenals de onderpui. De achtergevel is eveneens een geschilderde lijstgevel. De vensters op de verdieping bevatten eind 18e eeuwse vier-ruits ramen. Onder het voorhuis ligt een, oudere, kelder met een tongewelf loodrecht op de voorgevel. Voor het huis ligt onder de kleine, oorspronkelijk mogelijk grotere, kelder. Op de begane grond is een tot winkel omgebouwde 19e eeuwse voorkamer met achterkamer-en-suite. Aan de rechterzijde loopt de gang naar het achterhuis. De trap boven de gang loopt. Bij het bordes is een raam voor verlichting van de trap. Boven begane grond en de verdieping liggen zeven vakken diepe enkelvoudige grenen balklagen. De balken op de begane grond hebben een kraalprofiel. De kap is een gebintenkap bestaande uit drie grenen spanten en sporen. Het achterhuis heeft een voorgevel met gootlijst en ramen in het midden. De achtergevel is de zuidmuur van de kerk van het Minrebroederklooster. De begane grond is oorspronkelijk de keuken. Hier zijn de grote schouw en een bedstee nog aanwezig. Van begane grond naar eerste verdieping loopt een 18e eeuwse spiltrap. De trap naar tweede verdieping en zolder is een streektrap. Boven de begane grond en de verdiepingen liggen enkelvoudige balklagen loodrecht op de voorgevel. Het voor- en achterhuis zijn met elkaar verbonden door een gang op de begane grond langs de binnenplaats. Het gehele huis, voor- en achterhuis, is van bouwhistorisch belang als gaaf en goed voorbeeld van , mogelijk vroeg, 18e eeuwse bebouwing, met name wat betreft de trap in het voorhuis, en de trap, bedstede en schouw in het achterhuis.”

Wermbout Henricxss

Volgens een rapport uit 1943 werd het perceel Minrebroederstraat 6 Utrecht in 1585 verkocht aan de weduwe (?) van Wermbout Henricxss.

In 1590 vestigden Wermbout Henricxss en Marichgen een plecht op drie huizen en hofsteden. De belending oostwaarts was de comparant (het stadswachthuis). De belending westwaarts was het stads artillerijehuis.

Mathijs Claesz de Ridder

In 1592 hertrouwde Mariche Sebastiaens, weduwe van Wermbout Henriczoon, wonende in de Minrebroederstraat, met Mathys Claeszoon, j.g. wonende op de Ganzenmarkt.

Hermen Egbertsz van Westenburch

In 1609 transporteerden Tijs Claesz de Ridder en Trijntgen Gerritsdr van der Gauw “alinge camere” en “houtwerck” aan Hermen Egbertsz van Westenburch.

In 1623 vond een uitkoop plaats. De camer werd eigendom van de gezamenlijke kinderen Westenburch.

Peter Jansz van Heumst

In 1629 transporteerden de erven Hermen Egbertsz van Westenburch de camere aan Peter Jansz van Heumst en Geertjen Lambertsdr. Peter Janszen van Heemst, wonende op de Ganzenmarkt, en Geertjen Lamberts van Bemmel (-1658), j.d. van Culemborg, wonende op de Hooghecoorn-marckt waren in 1627 getrouwd.

In 1632 lieten zij een zoon Lambert dopen, wonende in de Minrebroederstraat. Ook hun zoon Gerrit, gedoopt in 1637, werd in de Minrebroederstraat geboren.

Aert Quirijnsen van der Horst

In 1648 sloot Aert Quirijnsen van der Horst een overeenkomst met zijn buurman Johan Ogaert over de betimmering achter zijn huis. Aert Crijnen van der Horst was in 1644 getrouwd met Cornelia de Groot (-1696).

In 1656 maakten Aert van der Horst en Cornelia Aerts de Groot een testament, wonende in de Minrebroederstraat.

Aert van der Horst wordt in 1663 nog als belending genoemd. In 1668 (schuldbekentenis) is Aert Quirynss van der Horst wyncoper in de Engelensangh te Utrecht. Dit huis stond aan de Nieuwegracht, hoek Herenstraat (procuratie, 1657).

Arnoldus van der Horst

In 1697 vond de boedelscheiding door de erven Arnoldus van der Horst en Cornelia de Groot plaats. Het huis in de Minrebroederstraat kwam in handen van hun zoon Arnoldus van der Horst, coopman in wynen.

In 1703 verhuurde Arnoldus van der Horst het huis aan Abraham de Vries.

In 1707 verhuurde Arnoldus van der Horst het huis aan Daniell van Lobbrecht.

Twee jaar later verhuurde hij het huis aan Thimotheus van Diepenhem.

In 1713 verhuurde hij het huis aan Cornelis van Wilborg.

In 1715 verhuurde hij het huis aan Dirk Zuydhoff.

In 1716 maakte Arnoldus van der Horst, als “meerderjarigh ongetrouwd persoon”, wonende aan de Oude Gracht op de hoeck van de Potterstraat, zijn testament. Hij benoemde zijn neef Hermannus van der Horst, zoon van Nicolaas van der Horst, tot erfgenaam.

Arnoldus van der Horst overleed op 5 april 1722, aan de Oudegracht aan de Viebrug, nalatende mondige erfgenamen. Hij werd begraven in de Jacobikerk.

Hermannus van der Horst

In juli 1722 verhuurde Hermannus van der Horst het huis aan Julianus van Velsen.

Nadat het huurcontract met Julianus van Velsen verstreken was, werden huurcontracten met opvolgende huurders vermoedelijk onderhands afgesloten.

Gotliebb Herlich

Volgens de koopakte van 1769 werd het huis toentertijd gehuurd door boekbinder Gotliebb Herlich. Zijn huur liep nog tot mei 1773.

Johan Coenraad Schnieder

In 1769 werd het huis door executeur testamentair Jan Pieter Kip uit de boedel van Hermannus van der Horst verkocht aan Johan Coenraad Schnieder. Schnieder, koopman in wijnen, kreeg het huis in 1770 getransporteerd.

Johan Coenraad Schneider was in 1738 getrouwd met Hendrikje van Maurik. Het echtpaar maakte in 1776 een testament. Hendrikje van Maurik overleed vermoedelijk in 1777.

In 1780 maakte Johan Coenraad Schneider een testament.

Jan Coenraad Schneider, weduwnaar van Hendrikje van Maurik, trouwde in 1785, onder huwelijkse voorwaarden, met Cornelia van Wickede, weduwe van Pieter Verbeek. In haar testament van 1786 benoemde Cornelia van Wickede haar man als erfgenaam. In 1787 scheidden Johan Coenraad Schnieder en Cornelia van Wickede van tafel en bed. Blijkens een verhuurakte van 1790 woonde zij na de scheiding (weer) buiten de Tolsteegpoort.

Johan Coenraad Schneider wordt in 1792 als belending genoemd.

Johan Coenraad Schnieder maakte in 1794 een codicil, waarin hij een legaat schonk aan de kerk die hij vanwege zijn hoge leeftijd en indispositie niet meer kon bezoeken.

Petronella van Loenen

In 1799 verkocht en transporteerde zijn dochter Maria Schnieder, weduwe van Hendrik van Maurik, het huis aan Maria Aartse van Tekelenburg, gehuwd met Gerrit Filet. Gerrit Filet, weduwnaar van Berendina Kersten, en Maria van Teekelenburg waren in 1797 getrouwd (attestatie Utrecht).

Maria van Tekelenburg transporteerde het huis nog dezelfde dag aan Petronella van Loenen, weduwe van Jan Post.

In 1801 vond verzegeling en ontzegeling plaats in het sterfhuis van Pietronella van Loenen in de Minrebroederstraat. Mogelijk stond dit sterfhuis niet hier, maar op Minrebroederstraat 18.

Paulus Coenradus Meyberg

In 1801 werd het huis (“extra net en wel doortimmerde huizinge, erve en grond”) uit de boedel van Pietronella van Loenen, weduwe van Jan Post, verkocht aan notaris Paulus Coenradus Meyberg (1766-?).

Paulus Conradus Meyberg was in 1799 getrouwd met Johanna Catharina Musk (attestatie Utrecht).

Samuel Meelboom

In 1809 verkochten Paulus Coenradus Meyberg en Johanna Catharina Musk het huis aan Samuel Meelboom. Samuel Meelboom (1758-1829) was in 1794 getrouwd met Catharina Huijsman (attestatie Utrecht).

Tijdens de volkstelling van 1813 werd het echtpaar Meelboom op dit adres geregistreerd.

OAT 1832

In de OAT 1832 staat rentenier Samuel Meelboom vermeld als eigenaar van perceel A 1210.

Samuel Meelboom, gehuwd aan Catharina Huisman, overleed in 1829 op 71-jarige leeftijd op zijn woonadres Minrebroederstraat wijk G no. 270 (BS Utrecht 1829 O, aktenr. 399).

Tijdens de volkstelling van 1840 werd Catharina Meelboom-Huisman, winkelierster met haar dochters Clazina en Clara Maria (1805-?) op dit adres geregistreerd. Ook woonden hier toen twee studenten.

Catharina Huisman overleed in 1851, wonende op de Korte Minrebroederstraat (BS Utrecht 1851 O, aktenr. 1200).

Hendrik Jan Hulleman

Het huis werd daarna betrokken door Hendrik Jan Hulleman (1787-1868) en zijn echtgenote Jacoba Johanna van den Steen.

Hendrik Jan Hulleman was pedel bij de Hogeschool, zoals de Universiteit Utrecht toen werd genoemd. Hij had eerder, met zijn eerste echtgenote Johanna Geertruij Merxlo, op Voorstraat 77 en Voorstraat 79 gewoond. In 1844 was hij hertrouwd met Jacoba Johanna van den Steen. Het echtpaar woonde hier met drie kleinkinderen en personeel (Bevolking 1850-1859; deel 7524, wijk G, blad 362).

Openbaar verkocht

In 1854 werd het huis, bestaande uit vijf kamers, zolder, keuken, kelder en plaats, openbaar verkocht. Het huis werd volgens de advertentie nog bewoond door de heer Hulleman (Utrechtsche provinciale en stads-courant: algemeen advertentieblad, 23-01-1854, p. 3, Delpher).

Pieter van den Bosch

Na de verhuizing van het echtpaar Hulleman, kwamen Pieter van den Bosch (1819-) en Maria Catharina van der Meijden (1815-1875) hier wonen. Zij waren in 1841 getrouwd. Pieter van den Bosch was visverkoper, later keurmeester van vis.

In 1860 schreef Pieter van den Bosch als keurmeester van de Visch een ingezonden brief in de krant (Utrechtsche provinciale en stads-courant : algemeen advertentieblad, 28-12-1860, Delpher).

Het echtpaar Van den Bosch verhuisde op 28 mei 1861 (Bevolking 1860-1879; deel 7579, wijk G, blad 393).

George Adolph de Haart

Van mei 1861 tot mei 1865 werd het huis bewoond door George Adolph de Haart (1812-1880), zijn echtgenote Catharina Geertruijda Verhoeff (1817-1885) en hun dochter Catharina Geertruida de Haart (1859-1913) en personeel (Bevolking 1860-1879; deel 7579, wijk G, blad 393).

In 1863 adverteerde G.A. de Haart met grove haard- en kachelkolen (Utrechtsch provinciaal en stedelijk dagblad : algemeen advertentie-blad, 29-10-1863, Delpher).

Frederik van Heumen

Van mei 1865 tot mei 1869 werd het huis bewoond door Frederik van Heumen (ca. 1802-1873), zijn echtgenote Johanna Maria van den Bor (ca. 1804-1871) en twee kinderen. Zij waren in 1829 in Arnhem getrouwd.

Hendrik Gerardus Opperhuizen

Het huis werd vanaf 11 mei 1869 bewoond door Hendrik Gerardus Opperhuizen (1827-1902), zijn echtgenote Jacoba Scheffel (1825-1913) en hun kinderen (Bevolking 1860-1879; deel 7579, wijk G, blad 393). Opperhuizen en Scheffel waren in 1852 getrouwd. Hendrik Gerardus Opperhuizen was groefbidder.

Er woonde ook steeds een student in huis. In 1886 was E.L. Umbgrove secretaris van het feestcomité ter gelegenheid van het 50e lustrum van de Utrechtsche Hoogeschool (Het nieuws van den dag: kleine courant, 14-06, 1886, Delpher). Eduard Lamoraal Umbgrove (1862-1923) woonde hier van september 1881 – september 1888. Hij staat in het bevolkingsregister op een apart blad vermeld.

Het echtpaar Opperhuizen verhuisde in juli 1887 (Bevolking 1880-1889; deel 7554, wijk G, blad 420).

Verbouwing

In 1887 werd de onderpui van Minrebroederstraat 6 verbouwd; de ramen werden vervangen door een groot raam. De bouwtekening werd ingediend door P. van den Bosch (bouwdossier 4270-45-230).

Jan Nijland

Minrebroederstraat 6 rond 1900 (collectie Het Utrechts Archief, detail ansichtkaart)
Minrebroederstraat 6 rond 1900 (collectie Het Utrechts Archief, detail ansichtkaart)

In december 1887 kwam bloemist Jan Nijland (1853-1926) met zijn echtgenote Antje Karssen (1854-1933) en hun drie kinderen op Minrebroederstraat G no. 270 wonen. In april 1890 kwam ook zijn vader Jan Nijland (1823-1890) hier wonen. Ook stonden personeelsleden in het bevolkingsregister ingeschreven. Vader Jan Nijland overleed op 19 juni 1890 (BS Utrecht 1890 O, aktenr. 992).

In 1890 werd Minrebroederstraat wijk G no. 270 omgenummerd tot Minrebroederstraat 6 Utrecht.

De firma Boon maakte tussen 1890 en 1904 een ansichtkaart van de Minrebroederstraat. De man en vrouw in de deuropening van de bloemenzaak op Minrebroederstraat 6 zijn mogelijk Jan Nijland en Antje Karssen.

Het gezin Nijland verhuisde in februari 1905 (Bevolking 1900-1910 wijk 1, deel 10-11, blad 2414).

Frederik Wilhelm van Beers

Van april 1905 tot augustus 1905 werd Minrebroederstraat 6 bewoond door Frederik Wilhelm van Beers (1875-1951) en zijn gezin. Van Beers was reiziger van beroep.

Carel George Kornelis Westerhout

Van maart 1906 tot maart 1908 werd Minrebroederstraat 6 bewoond door Carel George Kornelis Westerhout (1867-1947), zijn echtgenote Adriana Maria van den Brink (1869-1939) en hun kinderen. Carel George Kornelis Westerhout was stukadoor van beroep.

Josephus de Raad

Op 1 mei 1909 werd Minrebroederstraat 6 Utrecht betrokken door Josephus de Raad (1865-1928), zijn echtgenote Johanna Agnita Jacoba Beeftink (1862-1939) en twee zonen. Ook hadden zij twee inwonenden. Josephus de Raad was kruidenier (Bevolking 1900-1910 wijk 1, deel 10-11, blad 2414).

Huidige bestemming Minrebroederstraat 6 Utrecht: Live Today

Op Minrebroederstraat 6 Utrecht is de winkel van Live Today gevestigd.

Bronnen




Gepubliceerd: 01-05-2016 door Caroline Pelser. Laatst geactualiseerd op 17-09-2024.

Scroll naar boven